Foto: Dolf Krüger

‘In 1995 kocht Erick Mulder uit Rhenen de EB58’ . Zo eindigt het verhaal van Wim van Norel over de EB58 in de ‘Historie van de Elburger vissersvloot’, en begon dat van Bertien. Vanuit Spakenburg leren Erick en Bertien hoe zo’n platbodem zeilt. In de jaren die volgen restaureren ze de botter en brengen heel wat tijd door bij scheepstimmerwerf Nieuwboer; tijd waarin veel gesloopt en getimmerd wordt om de botter alias d’oude dame weer in haar oude glorie te herstellen.

Deze Elburger botter heeft Oart van Ké (Aart van Triest) in 1919 laten bouwen bij De Haas in Monnickendam voor bedrag van 2500 gulden. Gebouwd als een van de laatste botters nadat het besluit om de Zuiderzee af te sluiten (1918) is genomen. Ook deze botter wordt gebouwd om er mee te vissen, op het zoute water dat na de afsluiting (1932) langzaam maar zeker zoet werd. In 1935 wordt zijn zoon Jacob vergunninghouder op de botter van zijn vader. Hij voorziet een jaar later de botter van een A-ford motor. Ome Jacob vaart de EB58 als laatste door de Flevodijk die Elburg na 1956 voortaan scheidt van ‘de zee’. In maart 1960 wordt de botter verkocht en vaart verder voor het plezier van verschillende eigenaren. De sjût krijgt een strijkbare mast, een roef en een naam. Als de ‘Marieke’ koopt de Duitse Jochen Haase de botter begin jaren zeventig; de roef gaat er dan al snel weer af. Na het overlijden van Haase koopt Erick de botter die dan al decennia in de oude haven van Spakenburg ligt en nauwelijks vaart, laat staan vist.

Foto: Koos Haantjes

De dame gaat weer varen en is dringend aan groot onderhoud toe. Jaren later, als in Spakenburg het vlak vervangen is en het meeste werk gedaan, zijn Erick, Bertien en d’oude dame allemaal toe aan ruimer vaarwater. Erick wordt hellingbaas op de oude Zwolsman scheepstimmerwerf ‘De Hoop’ in Workum, waar de EB58 vanaf de zomer van 2002 achter de helling ligt. D’oude dame bezeilt de lage Workumse wal, het IJsselmeer en het Wad, en vist zoals vroeger wanneer dat mag. En Erick, hij onderhoudt de EB58, en timmert voort aan de vele botters en andere houten platbodems die Workum in die tijd aandeden. In de winter van 2011 werkt hij – vermoedelijk voor de laatste keer – aan een vlak van een botter. Als deze winter voorbij is, emigreert hij naar een Kaapverdisch eiland zonder bomen en botters. Bertien wordt de nieuwe eigenaar van de EB58 en blijft voor haar zorgen, samen met Derk.

Lees ook De geschiedenis van een honderjarige

Start typing and press Enter to search