Vanmorgen was de wind wat geluwd ten opzichte van gisteravond. Met afgaand tij hebben we een plekje naast de Wierbalg gezocht waar we met laag voor anker gingen. Paar uurtjes rustig aan: beetje zwemmen rondom de boot, wat lezen en zonnen.
Met het opkomende water kwam ook de wind in toenemende mate. Het plan voor overnachten buitengaats vervingen we maar voor een tweede nachtje Den Oever, ditmaal in de Visserijhaven. De inmiddels stijve bries (noordoost 6) leverde nog een stukje golven koppen op, maar dankzij rif en geifok bleef het behapbaar met z’n tweetjes.
Eenmaal aan de nieuwe vingersteiger bij de familie Wieringer Aak was de avond snel gevallen. Terwijl de plaatselijke jeugd het remmingswerk als duikplank gebruikte en de Duitse jeugd op een charter verderop de gitaar erbij pakte, hebben wij een paprikaprutje op de primus gemaakt, een korte wandeling over de dijk door de invallende duisternis gedaan en nagedacht wat we morgen moeten met de voorspelde aanhoudende harde noordooster. Texel lijkt de enige optie op dit moment.