Waarschijnlijk hebben de Richel onder Vlieland en tuig niets met elkaar te maken. Ze komen elkaar in een andere betekenis toevallig tegen in een zegswijze. Neemt niet weg dat wij op onze vakantie de Richel aandoen en – in vergelijking met bijvoorbeeld het wat verderop liggende sjiekere witte-Aak-volk – wel weer het niveau van het vroegere tuig zouden kunnen benaderen. Die botterikken met hun teerbakken, autobanden en putsen… We vermaken ons hier prima overigens: de oude dame is sinds afgelopen maandag ons vakantiehuisje op zee.
Na een eerste dag zonder wind (net om het hoekje bij Hoorn voor anker) konden we dinsdag lekker doorstuiven naar Den Oever. De zoute douche doet de botter goed. Afgezien van buiswater is ze inmiddels met menig puts zeewater gelaafd. Weg met de aangroei, schimmel, spinnen en ander zoetwatergespuis.
De bizar droge zomer met aanhoudende noordelijke winden stelt ons wel voor een uitdaging: blijven we een beetje op het westwad rondscharrelen of doen we een serie of wat overstagtochtjes om naar de oost te geraken? Vandaag kozen we – toen er eenmaal wind kwam op onze overnachtingsplek bij het Scheurrak/Omdraai – voor het eerste. Kruisen over het Inschot naar de ingang van het Franse Gaatje, inderdaad: onder de Richel.
Dat overstag naar het oosten gaan kan altijd nog, eerst lekker uitrusten.
Groet
Liesbeth
Welke kant jullie ook op gaan: veel plezier met elkaar en foute dame